Tante Wil #1 (deel 2)

Vervolg op Tante Wil #1 (deel 1)

In die tijd beloofde ze me van alles. Ik kon alles van haar krijgen. Geborduurde schilderijen die bij haar aan de wand hingen. Een borduurmachine. Een heel oud servies, haar naaimachine. Ik zei steeds ik hoef echt niets hoor en ik wil ook niets. ‘Nee dat weet ik’, zei ze dan, ‘maar als ik dood ben dan merk je het wel, want op heel veel spullen staat jouw naam op de achterkant’. Ik dacht af en toe, ach ja het is lief bedoeld. Ze dacht vast dat ik alles mooi vond wat zij ook mooi vond. Tussendoor gaf ze me ook dingen mee. Ik probeerde het beleefd af te houden, maar ik moest en zou het dan meenemen. Geen dingen van waarde, zoiets als hierboven beschreven.

Op een bepaald moment belde ze weer, ze had iets om op te sturen naar familie in Australië en het had nogal haast. Ze wist dat ik ’s middags vrij had. Ik reed vanuit mijn werk in Uithoorn naar Amsterdam en toen ik binnenstapte had ze een andere vriendin op bezoek die ik ook kende. Na een kopje thee en een gezellig gesprekje vroeg ik, “waar is het pakket, dan ga ik want dan ben ik voor de file weer thuis, u bent nu toch niet alleen. Dan breng ik het thuis wel naar het postkantoor”.

De vriendin keek verbaasd op en vroeg aan mij of ze mij daar speciaal voor had gebeld. Dat bevestigde ik. ‘Vindt ze niet erg hoor’, hoorde ik Tante Wil zeggen. Dat was ook zo. Maar die vriendin vond het belachelijk dat ze mij speciaal daarvoor had geroepen, terwijl zij wist dat zij ook zou komen en zelfs pal naast een postkantoor woonde.

Toen dacht ik opeens… ik word geloof ik een beetje uitgebuit de laatste tijd. Toen ik terug ging denken was dat al heel lang ook. Maar ja, ik dacht vaak wel dat het niet zo belangrijk of heftig was waar ze me dan voor nodig had, maar voor haar mogelijk wel. Achteraf was ze inderdaad al vele maanden daarvoor echt steeds veeleisender geworden.

Toen kwam er een periode waarin ik minder tijd voor haar vrij kon maken vanwege ziek en zeer in de familie. Met name waren er zorgen om mijn eigen moeder en om mijn schoonouders. Nog steeds belden we en ik zocht haar af en toe op.

Morgen deel 3…